Waarom de BMI geen betrouwbare maat is voor gezondheid
- Zo In balans
- 28 jun
- 4 minuten om te lezen
Waarom de BMI geen betrouwbare maat is voor je gezondheid?
We leven in een wereld waarin één getal en dat is je BMI bepaalt of je als ‘gezond’ of ‘ongezond’ wordt gezien. Maar wat als dat getal een misleidend stukje is rondom onze gezondheid?
Het wordt tijd om daar eens kritisch naar te kijken. En niet allen voor je fysieke gezondheid, maar ook voor je mentale rust en de relatie met je lijf.
Wat zegt de BMI eigenlijk wel en wat niet?
De Body Mass Index is een formule die kijkt naar je gewicht in verhouding tot je lengte. Meer niet. Het houdt geen rekening met hoe je je voelt, je bloeddruk, cholesterol en bloedsuiker spiegel, je spiermassa, vetverdeling. En al helemaal niet met je levensstijl, hoeveel stress je hebt en hoe jouw slaapkwaliteit is.
Toch wordt deze formule vaak gebruikt als dé graadmeter voor gezondheid door artsen , verzekeraars, media en door onszelf. Maar dat is niet terecht.
Waarom BMI geen goede voorspeller is van je gezondheid?
Je kunt een ‘’gezond’’ BMI hebben en je uitgeput, angstig of ziek voelen. Je kunt een ‘’hoog’’ BMI hebben en energiek, krachtig en medisch gezond zijn. Onderzoeken tonen dit keer op keer aan dat BMI voorspelt gezondheid niet betrouwbaar. Een grootschalige studie in het tijdschrift International Journal of Obesity vond dat bijna 50% van de mensen met ‘overgewicht’ volgens BMI eigenlijk metabolisch gezond was. En andersom hadden veel mensen met een ’gezonde’ BMI wél risicofactoren zoals een hoge bloeddruk of verhoogd cholesterol ( Bron: IJOBesity, 2016 – Tomiyama et al.)
De schadelijke impact van vetfobie en dieetcultuur
Onze samenleving koppelt slank zijn aan zelfdiscipline, succes en gezondheid. En dik zijn aan luiheid, gebrek aan controle en ziekte. Deze overtuigingen noemen we vetfobie, en ze hebbe niets te maken met iemands werkelijke gezondheid. Vetfobie is helaas overal: in kleine opmerkingen over iemands lijf, in de goedbedoelde adviezen, in hoe lastig het vaak is als dik persoon gehoord en serieus genomen te worden in de zorg. Deze oordelen doen pijn. Ze zorgen ervoor dat mensen zich schamen voor hun lichaam, diëten gaan volgen die hun relatie met eten en lichaam verslechteren. Of de zorg vermijden terwijl ze daar juist baat bij zouden hebben.
Wat gezondheid wél betekent
Gezondheid is heel persoonlijk. Het is hoe je je voelt in je lijf, mentaal en fysiek. Het gaat over: kunnen meebewegen met het leven, omgaan met emoties en stress, genieten van eten zonder schuldgevoel, rust, slaap, sociale verbinding, plezierig bewegen. Gezondheid zit niet in een getal, maar in hoe je leeft op een manier die bij jou past.
En wat zegt je buikomvang over je gezondheid?
Naast de BMI wordt in de medische wereld wordt buikomvang ook vaak gebruikt als maat voor vetopslag rondom de organen (visceraal vet)Dit type vet wordt in verband gebracht met hogere risico’s op onder andere hart- en vaatziekten, insulineresistentie en diabetes type 2. De algemene grenswaarden zijn: 88 cm bij vrouwen en 102 cm bij mannen. Artsen en richtlijnen stellen dat deze meting een betrouwbaarder beeld geeft dan de BMI, omdat het meer zegt over waar vet zich in het lichaam bevindt.
Is een grotere buikomvang automatisch ongezond?
Nee, een grotere buikomvang betekent niet automatisch een slechte gezondheid. Steeds meer onderzoeken laten zien dat er ook mensen zijn met een hogere buikomvang die metabool gezond zijn. Dit betekent dat ze een normale bloeddruk hebben, gezonde cholesterolwaarden, geen insulineresistentie, en geen ontstekingswaarden die afwijken. Dit wordt ook ‘’metabolically healthy obese’’ genoemd. Je kunt een grotere buikomvang hebben én gezond zijn. Bovendien zijn er ook mensen met een kleinere buikomvang die wél metabole risico’s hebben. Buikomvang zegt dus niet alles.
Een bekende studie (Wildman et al., 2008) liet zien dat meer dan 30% van mensen met obesitas geen enkele metabole risicofactor had, terwijl meer dan 20% van mensen met een normaal gewicht juist wél risicofactoren had zoals hoge bloeddruk of insulineresistentie. Bron: Wildman, R.P. et al. (2008). Archives of Internal Medicine, 168(15), 1617-1624
Kortom: een grotere buikomvang betekent niet automatisch een slechte gezondheid. Het is één stukje van een groter geheel en zonder het volledige plaatje (bloedwaarden, leefstijl, erfelijkheid, stressniveau) zegt het weinig.
De keerzijde van meten en vergelijken
Buikomvang meten kan misschien informatie geven, maar het is niet zonder risico’s, zeker niet in een samenleving waarin slank zijn als het ideaal wordt gezien. Veel vrouwen ervaren buikmetingen als beschamend en vernederend. Buikmetingen geven een aanleiding voor nog meer controle en regels. En het lijkt ook een nieuwe manier te worden om zichzelf af te meten aan een norm. In een cultuur die slankheid verheerlijkt, leidt dit soort metingen vaak eerder tot schaamte en fixatie dan tot gezonde gedragsverandering.
Wat zeggen gewichtsneutrale professionals?
Gewichtsneutrale professionals die werken volgens Health at Every Size of een intuïtieve eetbenadering maken bewust geen gebruik van buikmetingen of BMI in hun praktijk. En ook in mijn gewichtsneutrale praktijk Zo in balans - dieetvrije coaching in eetgedrag, gebruik ik deze metingen niet. Waarom? Omdat gezondheid niet te meten is aan de buitenkant. Omdat gedrag en beleving belangrijker zijn dan vorm of maat. Omdat de focus op cijfers vaak het contact met je lichaam verstoort. Gewichtsneutrale professionals kijken liever naar jouw welzijn, gedrag en hoe je je voelt, functioneert en zorgt voor jezelf: slaap, stress, energie, plezier, emotioneel balans. Want een meetlint vertelt niets over hoe jij in het leven staat. Kortom, we bieden ruimte om goed voor jezelf te zorgen, los van regels of metingen.
Om over na te denken: Hoe zou het voelen om je lichaam te ondersteunen in plaats van te veroordelen?